Stagelopen in stappen
     

    Stageplan Masterstage

        

    Stagegever:

    Datum:

    30-03-2013

     


     

    Persoonlijke gegevens stagiair:

    Naam:

    Adres:

    Postcode & Woonplaats:

    Tel. nr.: 0627666666

    Jeanet Maes

    Jan Pieter Douweslaan 211

    9712 JP Groningen

    E-mail : maes_jeanet@yahoo.com

     


     

    Stagedocent:

    Naam: Petra Jansen

    Opleiding: Cultuur en Media

     


     

    Stagegever:

    Naam:

    Adres:

    Postcode & Woonplaats:

    Tel.nr.: 072 998877

    Fonds voor het Toneel

    Koningin Wilhelminalaan 30

    2595 ZE Scheveningen

     


     

    Begeleider namens de stagegever:

    Naam:

    Functie:

    Tel.nr.: 072 998878

    Kees Zwarteveld

    Secretaris

    E-mail: k.zwarteveld@ft.nl

     


    Periode:

    Start: 4 april 2013 Einde: 1 juli 2013

     


     

    Korte omschrijving van de organisatie en/of sector waartoe de stagegever behoort
    Het Fonds Toneel is een cultuurfonds voor muziek, muziektheater, dans en theater in Nederland. Het Fonds geeft namens de Rijksoverheid ondersteuning aan alle vormen van professionele toneelkunst.
    Het gaat het Fonds daarbij om kwaliteit in de meest ruime zin van het woord, welke zoveel mogelijk verschillende mensen aanspreekt en raakt. Het Fonds wil de taal van de makers spreken, relaties aangaan op inhoudelijk niveau en gerespecteerd worden als deskundige gesprekspartner.

     


     

    Stageopdracht/ globale omschrijving van de inhoud van de stage

    Circustoneel (ook wel 'het nieuwe circus') groeit. Op Europees niveau bestaat een circuit van makers, gezelschappen, producenten, artiesten en circuscentra, waarbinnen het genre zich ontwikkelt tot een veelzijdige discipline binnen de theaterkunsten. Circustoneel is een mix van straattheater, dans, pantomime en toneel. Het is een internationaal georiënteerde en relatief onafhankelijke en zelfredzame sector. In Nederland is ook sprake van een ontwikkeling in het circustheater: er zijn gespecialiseerde festivals, twee professionele opleidingen, een circuswerkplaats et cetera. Toch bestaat het idee dat er in Nederland relatie weinig wordt geproduceerd en dat hier de plekken ook voor ontbreken. Dat kan ertoe leiden dat getalenteerde afgestudeerden van de opleidingen naar het buitenland vertrekken en dat het aanbod op Nederlandse podia vooral uit het buitenland wordt geïmporteerd. Beide effecten kunnen leiden tot een gat tussen de opleidingen en het professionele aanbod.

    De opdracht dient ervoor te zorgen beter zicht te krijgen op het circustoneel in Nederland en op de knelpunten en kansen. Dit zicht is zowel voor het Fonds van belang, als voor de sector zelf. Om hier een goed beeld van te krijgen wordt tijdens het onderzoek gezocht naar antwoorden op de volgende vragen:

    1. Wat is circustoneel in Nederland en Europa? Wat hoort er wel/niet bij?
    2. Wie zijn de actoren in het veld van circustoneel?
      • Waar liggen knelpunten en sterke punten?
      • Hoe is het circustoneel gepositioneerd binnen de Nederlandse Toneelkunst?
      • Hoe is het circustoneel gepositioneerd binnen het Europese circustoneelcircuit?
    3. Wat zijn opvallende kenmerken van het Nederlandse circustoneel in vergelijking met (enkele) omringende landen?
    4. Wat zijn kansrijke ontwikkelingsmogelijkheden voor circustoneel in Nederland?
    5. Welke acties kunnen partijen in het veld (waaronder het Fonds) uitvoeren om circustoneel te ondersteunen in de artistieke en professionele/'commerciële' ontwikkeling?

     


     

    Tijdpad van de specifieke taken die tijdens de stage zullen worden uitgevoerd (incl. eventuele niet-opdrachtgebonden taken.
     

    De stage bedraagt 280 uren (10 ECTS). Deze worden verdeeld over de maanden april, mei en juni (circa 3 werkdagen per week).

     

    Fase

    Resultaat / doel

    Activiteiten

    Oriëntatiefase

    Week 1 (4-8 april)

    Plan van aanpak

    1. Gesprek stagebegeleider

    2. Gesprek directeur circustoneel

    3. Afronden Plan van Aanpak

    4. Materiaal opvragen/ verzamelen

    Oriëntatiefase

    Week 2 (11-15 april)

    Rondleiding en introductie, inlezen in de thema’s

    5. Met wie praten - afspraken maken?

    6. Wat wil je van wie weten?

    7. Waar moet mapping aan voldoen?

    Onderzoeksfase

    Week 3 (18-22 april)

    Deelvraag 1

    8. Materiaal lezen

    9. Interviews

    Onderzoeksfase

    Week 4 (25-29 april)

    Deelvraag 1

    10. Interviews

    11. Beantwoorden vraag

    Onderzoeksfase

    Week 5 (2-6 mei)

    Deelvraag 2

    12. Rotterdam Circusstad

    13. Mapping maken in aantallen

    14. Opvragen verdere informatie

    Onderzoeksfase

    Week 6 (9-13 mei)

    Deelvraag 2

    15. Opvragen verdere informatie

    16. Mapping andere podiumkunsten zoeken

    17. Mapping afronden

    Onderzoeksfase

    Week 7 (16-20 mei)

    Deelvraag 2

    18. Vergelijken andere podiumkunsten

    19. Mapping buitenland zoeken

    Onderzoeksfase

    Week 8 (23-27 mei)

    Deelvraag 3

    20. Mapping vergelijken

    21. Materiaal buitenland lezen

    Onderzoeksfase

    Week 9 (30-3 juni)

    Deelvraag 3

    22. Definitie vergelijken

    23. Inhoudelijk vergelijken

    Hemelvaart: NJF

    Onderzoeksfase

    Week 10 (6-10 juni)

    Deelvraag 4

    24. Analyse van de kansen voor circustheater

    Onderzoeksfase

    Week 11 (13-17 juni)

    Deelvraag 5

    25. Welke partijen kunnen ondersteunen?

    26. Inlezen in partijen

    27. Kernpunten ondersteunen

    Invoeringsfase

    Week 12 (20-24 juni)

    Tot een geheel maken

     

    Reserve

    28. Afronden deelvragen

    Invoeringsfase

    Week 13 (27-1 juli)

    Afsluiting

    29. Conclusies

     


    Leerdoelen (learning outcomes) met te verwerven competenties

    1. Studente kan relevante literatuur verzamelen over een actueel vraagstuk en kan uitleggen wat de stand van zaken is binnen het wetenschappelijk discours met betrekking tot dit vraagstuk en kan zich hierover een oordeel vormen.
    2. Studente kan een zelfstandig opgezet en uitgevoerd onderzoek uitvoeren.
    3. Studente krijgt inzicht in het Fonds Toneel en het kunstenbeleid.

      


     

    Aard en frequentie van de begeleiding door de stagegever

     

    Er is afgesproken om iedere oneven week de stand van zaken te bespreken. Verder is de stagebegeleider bij het Fonds altijd bereikbaar voor vragen.

     


     

    Aard en frequentie van de begeleiding door de stagedocent

     

    Begeleiding vindt voornamelijk plaats via e-mail. Aan het begin van de stageperiode wordt het plan van aanpak besproken, en aan het eind de uitkomsten. Tussentijds kan gemaild worden bij onduidelijkheden.